5 vragen aan: NVTL-bureaulid PeetersenDaan
Kunnen jullie jezelf kort voorstellen?
Karin heeft een achtergrond als stedenbouwkundige en stadssociologe. Berte is landschapsarchitect. Tezamen runnen wij sinds 2021 stedenbouwkundig en landschapsonderzoeks – en ontwerpbureau bureau PeetersenDaan te Leeuwarden. De verschillende achtergronden en disciplines komen binnen het bureau samen. Die kruisbestuivingen zijn voor ons waardevol, waarbij we overtuigd zijn van de meerwaarde van die brede kijk. We versterken elkaar, waarbij Karin veel ervaring inbrengt over co-creatieve processen, gebiedsontwikkeling en de zachte kant hiervan en Berte meer onderzoekend ontwerpt met aandacht voor de detaillering en het ooghoogteperspectief.
We kijken beide naar het landschap als een archivaris van eerder leven, cultuur en natuurlijke processen. Die lange lijn fascineert ons. Waar Berte is opgegroeid op het zand van Drenthe en de liefde voor een kleinschalig en beschut landschap groeide, is Karin haar liefde voor het landschap ontstaan op de open weiden van de boerderij van haar ouders. Die veranderende perspectieven maken dat het landschap fascinerend blijft. In ons werk is daarbij de factor tijd, zowel onze eigen schaarse tijd, maar ook bij ontwerp van belang omdat we sterk het besef hebben dat we slechts een klein onderdeel zijn in de grote geologische tijdslagen, en dat er in vertraging veel oplossingen te vinden zijn.
Dit zijn veelal opgaven voor overheden, corporaties of andere eigenaren. De publieke opgaven trekken ons, met name vanuit het langdurige perspectief dat deze opdrachtgevers innemen.
Daarin proberen we de ruimtelijke essentie en sociologische betekenis van een plek te duiden en deze te vertalen naar ontwerpen die passend en logisch zijn. Ontwerpen die rekenschap houden met de lange termijn en met een poëtische sensibiliteit om het hier & nu te overstijgen.
Een project waar deze werkwijze specifiek naar voren kwam is het boek ‘Spelen in de stad’, Inspiratieboek i.o.v. Gemeente Amsterdam, 2019, i.s.m. Anna Fink. Dit boek hebben we gemaakt voor de gemeente Amsterdam om kennis over en inspiratie voor aantrekkelijke en vernieuwende speel- en ontmoetingsruimtes in de stad te bundelen. Deze kennis was nodig om spelen in de stad aantrekkelijk te houden. Zowel de stad als het kind zijn veranderd, alsmede de opgaven die daarmee samenhangen. In een verdichtende stad als Amsterdam is de opgave om te zoeken naar overlap van functies, interactie tussen gebruikers en ontwerpen die zijn afgestemd op het gebruik van het kind. Om die behoeften te onderzoeken hebben we ons in de stad laten rondleiden door kinderen. Daarbij bleken vooral de informele tussenruimten het meest interessant, waarbij de openbare ruimten veel aan kwaliteit konden winnen. De vragen die kinderen stelden: “Wat kan ik hier doen?” “Gebeurt er iets spannends?” “Zijn er anderen?”, hielpen ons het boek te structureren en anders (meer integraal) te kijken naar de aantrekkingskracht en het programma in de openbare ruimte.